Een longvenen-isolatie (pulmonaal-venen isolatie) is een behandeling voor mensen met boezemfibrilleren. Bij boezemfibrilleren is sprake van een onregelmatige en vaak te snelle hartslag. De prikkels die het hartritme verstoren zijn voor het grootste deel gelegen rond de inmonding van de vier longaders (twee uit de rechter long en twee uit de linker long) in de linker hartboezem. De arts blokkeert de onregelmatige prikkels door het maken van een ring van littekenweefsel rond de inmonding. Het littekenweefsel wordt gemaakt door het weefsel te verwarmen met radiofrequente stroom (ablatie). De onregelmatige hartprikkels kunnen dan niet meer voorgeleidt worden en de normale gangmaker van de hartslag (de sinusknoop) zorgt voor een regelmatig hartritme. De operatie gebeurt thoracoscopisch (met behulp van een camera) onder algehele narcose.

Hartoor

Aan de linkerboezem zit ook een hartoor; een onregelmatig gevormde uitstulping van de wand van de boezem. Bij boezemfibrilleren kan het bloed in het hartoor stil komen te staan, het bloed kan gaan klonteren en een stolsel vormen. Als een stolsel zich in de bloedbaan verspreidt kan het een vaatblokkade veroorzaken. Door tijdens de operatie een clip op het linker hartoor te plaatsen wordt deze uitgeschakeld van de bloedsomloop en wordt de kans op het verspreiden van stolsels verkleind.

Bij de operatie moet de chirurg van twee kanten werken. Eerst worden aan de rechterzijde van de borstkas tussen de ribben door enkele kleine sneetjes gemaakt. Hier doorheen kunnen de instrumenten en de camera geplaatst worden. Met een speciaal instrument wordt de ablatie uitgevoerd. Na controle van het effect worden de instrumenten weer verwijderd en wordt een drain achtergelaten zodat vocht en eventueel lucht worden afgevoerd. Hetzelfde gebeurt aan de linkerzijde. Via deze kant wordt de clip geplaatst op het linker hartoor. Ook aan deze kant wordt een drain achtergelaten.

Bij veel patiënten zien we in de eerste periode na de operatie nog onregelmatige hartritmes. Deze worden behandeld met medicijnen en soms met een uitwendige shock (cardioversie). Naarmate de littekens van de ablatie genezen, treden de periodes van hartritmestoornissen steeds minder vaak op. Het effect van de ingreep is na ongeveer zes maanden optimaal.

De preoperatieve screening

Wanneer u naar ons centrum bent verwezen voor het ondergaan van een hartoperatie, wordt u voorafgaand aan deze operatie uitgenodigd voor een preoperatieve screening.

Uw naasten spelen een belangrijke rol tijdens de ziekenhuisopname, de voorbereiding en nazorg. Daarom adviseren wij u om u door één naaste te laten ondersteunen tijdens de screeningsdag. De dag is ingedeeld in een ochtend- en middagprogramma.

Bij aankomst dient u zich eerst te legitimeren met een paspoort, identiteitskaart of rijbewijs bij de receptie van ons ziekenhuis. Aansluitend doorloopt u het ochtendprogramma zelfstandig, u ondergaat dan verschillende onderzoeken (o.a. bloedprikken en röntgenonderzoek). Tijdens het middagprogramma vinden gesprekken plaats met de cardio-thoracaal chirurg, anesthesist en verpleegkundig specialist. Na de screening mag u weer naar huis en bent u klaar, een uitzondering daargelaten, om door ons opgeroepen te worden voor uw hartoperatie.

Houd u er rekening mee dat deze screeningsdag de hele dag in beslag kan nemen.

De opname

Op de afgesproken dag en het tijdstip meldt u zich bij de informatiebalie van verpleegunit A5. De secretaresse informeert de verpleegkundige, die uw opname verder verzorgt.

Opnamegesprek met verpleegkundige

De gegevens van het al eerder gevoerde preoperatieve screeningsgesprek worden doorgenomen en eventuele wijzigingen worden aangebracht.

De verpleegkundige vertelt u welke cardio-thoracaal chirurg u opereert en hoe laat de operatie is gepland. Dit tijdstip kan veranderen of uitgesteld worden als er een spoedoperatie tussenkomt of een eerdere operatie uitloopt. Ook kan het hierdoor voorkomen dat een andere chirurg uw operatie zal uitvoeren. Houd hier s.v.p. rekening mee.

Laat uw tas zoveel mogelijk ingepakt. Geef spullen die u niet meer nodig heeft, en waardevolle eigendommen met het bezoek mee.

Het ziekenhuis aanvaardt geen aansprakelijkheid voor diefstel, verlies of beschadiging van uw eigendommen.

Tijdens de opname heeft u het volgende nodig:

■ pyjama (schoon)

■ ondergoed (schoon)

■ één paar sokken

■ pantoffels en / of badslippers

■ toilettas met inhoud

■ gebittenbakje en / of brillenkoker

Alleen uw toiletspullen, scheerapparaat en eventuele bril / gehoorapparaat gaan mee naar de Intensive Care. Overige zaken laat u in uw tas en worden opgeborgen in een kluis op verpleegunit A5. Verwijder sierraden voor opname, ook ringen die te strak zitten moeten af (evt. door een juwelier laten doorknippen).